Wat je hieronder leest, kan spoilers bevatten. Dan weet je opeens meer over deze film dan je lief is, maar je weet wel wat ik ervan vind. Ik schrijf gewoon wat zie. Dus weet waar je aan begint.
Dit is de vierde film in de John Wick reeks. De wereld van John Wick bestaat, zoals in de vorige drie films uit deze reeks, weer uit mysteries, het geheime genootschap High Table, rijke mensen met teveel tijd over en veel geweld en pistolen. Maar dan ook echt veel geweld. Daarnaast enkele sadistische scenes die voor het verhaal nergens voor nodig zijn. Laten we bij het begin beginnen.
John Wick is nog altijd persona non grata bij High Table, de ondergrondse (criminele) genootschap waar ongeveer iedereen in zijn wereld bij hoort. Het genootschap heeft iedereen in zijn zak, van hoteleigenaren tot huurmoordenaars. Er gaat groot geld in om, zeker als er een prijs op iemands hoofd gezet wordt die in de ogen van High Table overbodig is geworden.
John Wick is al een tijdje één van die mensen. Hij ging tegen High Table in en is nu compleet buitengesloten. Een ander lid mag hem helpen. Enkele leden en oud-leden van het genootschap helpen John toch aan onderdak, wapens en vervoer. The Continental is een hotelketen waar de leden altijd een kamer kunnen krijgen. Het is neutraal terrein, dus je mag er niet werken, maar je kunt er ook niet vermoord worden.
In de vorige films was het Continental hotel in New York vaak de uitvalsbasis van John. Maar deze film is de macht verschoven en heeft één van de leden, de Marquis de Gramont, de macht gegrepen. Deze excentrieke en meedogenloze vent wil John dood, om zo de held te zijn die John uitschakelde. Hoewel hij zelf ook wel af en toe iemand vermoord, doet hij dat niet zelf, maar heeft hij een privéleger tot zijn beschikking. De Marquis heft één voor één de plekken op waar John zich kan verbergen en dood de vrienden die hem hulp bieden. Het hotel in New York wordt opgeblazen en in het Continental hotel in Osaka vind je geen enkel personeelslid meer.
John is het zat en vindt een manier om de Marquis van de troon te stoten. Hij daagt hem uit tot een duel. Een gevecht met een pistool op 30 stappen afstand. De regels zijn simpel: wie overleeft, wint. Als John overleeft wil hij niets meer met het genootschap te maken hebben en eist hij dat ze hem met rust laten. De Marquis wil geen prijs als hij overleeft, een dode John Wick is al een mooie beloning.
Ze spreken af dat het duel in Parijs plaatsvindt bij zonsopgang. Nu moet John nog door de stad naar de aangewezen plek zien te komen. De Marquis speelt het slim en verhoogt de beloning voor het uitschakelen van John. Vanuit een ondergrondse metrobuis reist John te voet het laatste stuk door Parijs. Uit alle hoeken en gaten komen huurmoordenaars op John af die de hoge beloning willen hebben. John moet niet alleen vechten voor zijn leven, maar ook om op tijd te komen voor het duel. Want ben je er te laat, heb je verloren. De tijd tikt.
De film is een mooi verhaal over vriendschap, respect en normen en waarden. Nou ja, een beetje dan. Maar het is vooral heel veel vechtscenes, schietpartijen en ongelofelijk veel stuntmannen die hun best doen om John uit te schakelen. Vechtscenes zijn mooi in beeld gebracht en met een vlijmscherpe choreografie en keihard bloederig in beeld gebracht.
Maar echt realistisch is het niet. In tegendeel, er zitten veel irritante dingen in de film. John kan met één magazijn 100 keer schieten. Zeker in de eerste helft van de film zijn de kogels nooit op. En in deze film is het prima om te schuilen achter auto's of glazen kunstwerken waardoor je niet geraakt wordt. Elke boef heeft een kevlar maatpak gekregen, waardoor ze moeilijker doodgaan. En voor Berlijnse discobezoekers is een schietpartij in de discotheek heel normaal, want zij blijven staan kijken terwijl de kogels in het rond vliegen.
Dan is er nog het wonderlijke lichaam van John Wick. De gevechten waar hij doorheen moet worstelen zou hem in elk geval 12 gebroken ribben, interne bloedingen en opgezwollen en bont en blauwe plekken opleveren. Maar nee, hoe hoog hij ook uit gebouwen valt, hoe vaak hij ook wordt aangereden door een auto of hoeveel hij klappen hij ook krijgt, John blijft ongeveer heel. Waar ieder ander halfdood zou zijn, heeft John alleen een simpel verbandje nodig. Hij heeft vast superkrachten.
Wat anders is dan anders in deze film zijn de vele verschillende wapens die in de vechtscenes worden gebruikt. Bijlen, pijl en boog, Japanse zwaarden, numchucks en geweren die een kogel afvuren die ook in brand vliegen. Hierdoor worden de vechtscenes interessanter, maar ook bloederiger. Ook valt op dat de regisseur speelt met de manier waarop de vechtscenes in beeld worden gebracht. De ene keer van heel dichtbij, de andere keer recht van bovenaf en altijd wordt er gebruik gemaakt van de omgeving, bijvoorbeeld een buitentrap, een grote rotonde. Hierdoor denk je niet gelijk: "zo ging die vorige toch ook dood?".
De combinatie van de vele vechtscenes en de eindeloze tegenstanders die op John afkomen, maken dit een te volle en drukke film. Het had minder en korter gemogen, dat was voor het verhaal ook beter geweest. Alleen op neutraal terrein of in de onderkomens van zijn bevriende relaties kan John even op adem komen. Verder is de bijna drie uur durende film eigenlijk één lange vechtscene waar tussendoor een paar woorden gesproken worden.
Had ik het woord vechtscene al gebruikt in deze recensie? Als je niet van de vechtscenes bent, kun je beter tussendoor even wat anders gaan doen. Je mist niks van het dunne verhaal. Heel eerlijk, ik was het na twee uur een beetje zat, maar dan blijf je toch kijken, omdat je weet dat het eindduel tussen John en de Marquis er nog aankomt.